Belgocontrol test CDO op Charleroi en Luik
Vanaf vandaag zullen piloten van bepaalde luchtvaartmaatschappijen kunnen landen met de CDO-procedure op de regionale luchthavens van Charleroi en Luik. Een testperiode moet aantonen of die procedure permanent kan worden toegepast onder bepaalde voorwaarden.
Bij een CDO (Continuous Descent Operation) volgt een vliegtuig in de landingsfase een constante dalende lijn, waardoor het minder motorvermogen nodig heeft en minder brandstof verbruikt, met een lagere CO2-uitstoot en minder geluidshinder tot gevolg in vergelijking met een stapsgewijze daling. Die landingsprocedure is al deels in gebruik; de huidige tests hebben als doel ze te formaliseren en zo vaak mogelijk te gebruiken, zonder daarbij natuurlijk de veiligheid in het gedrang te brengen.
Er werd vooraf een grondige gezamenlijke studie uitgevoerd door Belgocontrol, de betrokken luchthavens (BSCA en Liège Airport), de bevoegde autoriteiten (SPW, SOWAER en ACNAW) en bepaalde luchtvaartmaatschappijen die zich kandidaat hadden gesteld om deel te nemen aan het project (Ryanair, TUI en Wizzair in Charleroi; ASL en TUI in Luik).
De formele CDO-procedure zal vanaf vandaag tot eind augustus worden uitgetest door de betrokken luchtvaartmaatschappijen. Tijdens die periode zal Belgocontrol hun piloten de mogelijkheid bieden om CDO-landingen uit te voeren als de omstandigheden (weer, verkeersdrukte,…) het toelaten. Als de tests positief blijken, zal de procedure permanent en voor alle luchtvaartmaatschappijen van kracht worden vanaf eind dit jaar.
Dankzij die tests zal ook de ecologische impact van het invoeren van CDO’s kunnen worden ingeschat: hoeveel keer zal de procedure kunnen worden toegepast, hoeveel brandstof kan er worden bespaard per landing, hoeveel minder CO2-uitstoot is er, wat is het effect op het gebied van geluidshindervermindering,…?
Johan Decuyper, CEO van Belgocontrol: “Belgocontrol wil zijn maatschappelijke rol ten volle opnemen. Wij zijn erg begaan met het ecologische aspect van onze activiteiten. De CDO’s zijn voor ons een belangrijk middel om de economische belangen van de luchtvaartsector en de impact ervan op de luchthavenregio met elkaar te verzoenen. Daarom gaan wij alle mogelijkheden na die de leefomstandigheden van de omwonenden kunnen verbeteren, in nauwe samenwerking met onze partners in de luchtvaartsector.”